Het vierde boek van Dimitri Verhulst dat in dit weblog aan de orde komt. Was ik over de vorige drie (De verveling van de keeper, De helaasheid der dingen en Godverdomse dagen op een godverdomse bol) erg enthousiast, deze keer is dat beduidend minder. Komt dat door de negatieve recensie die ik eerder las in NRC-handelsblad? Geen idee.
Voor mijn gevoel komt het doordat het verhaal gewoon niet zo sterk is. De taal is minder bloemrijk en het onderwerp spreekt me niet aan. Dan wordt het moeilijk om gefascineerd te raken door een boek. Ik had er geen probleem mee om het uit te lezen. Verhulst schrijft in een stijl die makkelijk wegleest en de plot is zo overszichtelijk dat je rustig een tijdje over het boek kunt doen zonder steeds diep na te hoeven denken waar het ook alweer over ging.
Onderwerp: De moeder die eindelijk weg is bij de bullebak en drinkebroer die haar mishandelde en een nieuwe liefde heeft gevonden. De strijd die dat kost voor de zoon in kwestie om met die nieuwe situatie om te gaan. Wie kent deze setting niet uit talloze andere boeken, verhalen, series en films. Dan moet je al knap origineel zijn, wil je daar nog wat van maken.
Had ik bij zijn andere boeken veel meer het gevoel dat hij een heel origineel idee had dat uitgewerkt werd, dit boek was kwa onderwerp zo gewoontjes dat het bij voorbaat al moeilijk was om er een kunstwerk van te maken. Daar slaagt Verhulst dan ook niet in. De karakters zijn zo stereotiep dat het reisgezelschap in de bus naar het Zwarte Woud maar niet hilarisch, bijzonder of onderhoudend wordt.
Als ik een tip mag geven om te lezen: elk ander boek van Verhulst, maar dit niet.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten